“Het leven gaat niet om vallen maar om opstaan. Hoe langer je wacht met opstaan hoe moeilijker het wordt. Fouten maak je toch wel, dat is niet erg.”

Opgetekend door: Marijke Schippers

Het levensverhaal van Elias

Opgevoed door de buurt 

Elias (46) heeft één jongere zus die nog bij zijn moeder woont. Dat zijn twee handen op één buik. Elias was juist precies zijn vader, dat was wel lastig voor hem. Hij is vooral opgevoed door de buurt en leerde daar om Arnhem en Ajax-fans te haten. Hij leerde er te vechten en groeide op en werd gevormd tussen mensen die zich met drugs en geweld bezighielden. Zijn vader zat ook in het criminele circuit en handelde in drugs, net als hijzelf later. Toen Elias zes was, gingen zijn ouders scheiden.  

Elias zat een korte tijd op het mbo. Hij was goed in economie en boekhouden/rekenen en had graag een eigen bedrijf gehad. Hij wilde graag geld verdienen en ging veel naar houseparty’s.  

Maar hij kwam in de onderwereld terecht. 

Voetbal en hooligans 

Zijn leven bestond uit voetballen. Bij de hooligans draaide het vaak om rellen en knokken met de tegenstanders. Daar kreeg hij spijt van en hij maakte er excuses over aan zijn familie. Zijn vader wil er nog wel eens over praten maar dat wil Elias niet. Op die manier kunnen zij ‘vrienden voor het leven zijn’. Anders bestaat de kans dat er bij Elias meer woede naar boven komt dan hij aan kan. 

Zijn beste vriend reist nu de hele wereld over om te rellen bij voetbal in Brazilië, Italië, enz. Hij heeft niet veel contact meer met zijn vroegere vrienden en ‘normale’ vrienden heeft hij nooit gehad. Ze zien elkaar wel met verjaardagen. Nu er kampioenschappen zijn van Nederland-Engeland kriebelt het nog wel eens bij Elias maar hij weet dat het niet verstandig is om daarnaartoe te gaan. 

Hulp zoeken en krijgen 

Elias is getrouwd geweest en weer gescheiden. Hij heeft zich zo’n vier jaar hopeloos gevoeld, kwam nergens aan de bak en stond bij instanties voor een dichte deur. Het was moeilijk om hulp te krijgen. Dankzij de hulp van de Daklozenstichting is hij er binnen een jaar helemaal bovenop gekomen.  Het was doodgaan of knokken en hij heeft gekozen voor het laatste.  

Na zijn scheiding heeft Elias nog een tijdje bij de Daklozenstichting gewoond. Binnenkort gaat hij zijn schulden aflossen. Omdat hij zo gemotiveerd is kon dat zo worden geregeld.  

Hij staat op de wachtlijst van de GGZ om alles te verwerken, ook zijn schaamte- en schuldgevoelens. Hij heeft het steeds uitgesteld, maar nu is het er de juiste tijd voor om hulp te krijgen. Hij gaat voor alles of niets en nu dus voor alles.  

Liefde van opa en oma 

De mooiste momenten in zijn leven waren tijdens de vakantie met opa en oma in Indonesië, in het ouderlijk huis van zijn moeder. Zijn moeder is in Surabaya geboren en zijn vader is Moluks maar in Nederland geboren. Het moment dat hij een voet op het vliegveld zette in Indonesië voelde echt als thuiskomen.  Zijn opa en oma waren alles voor hem en andersom was hij ook alles voor zijn opa en oma. Hij was ook het eerste kleinkind wat een speciale band schiep. Zij, zijn zusje en de twee dames van de Daklozen Thuiszorg zijn de belangrijkste mensen in zijn leven geweest. Hij heeft ook nog contact met zijn ouders en zus.  

De dood van zijn opa en oma was heel ingrijpend. Zijn opa stierf doordat de friettent waar zij boven woonde afbrandde. Hij zag het via tv Gelderland. Daarna merkte hij dat zijn oma dementerend was. Zij ging naar het verpleeghuis waar zij later overleed, op de verjaardag van haar zoon, vlak voor kerst. Dat maakte het extra pijnlijk. De laatste drie dagen van haar leven heeft hij samen met zijn familie intens beleefd. Zijn oma had nog een helder moment waarin ze begon te lachen en hem bij zijn naam noemde. Op dat moment zei Elias: “Kom we gaan nu naar huis”. Een gouden moment dat hij met zich mee mag dragen.   

Elias mocht de begrafenis van zijn opa en oma regelen. In zijn familie worden mensen begraven, wat ook te maken heeft met het christelijk geloof. De 11 ooms en tantes vertrouwden alles aan hem toe en iedereen was tevreden over de begrafenis en men was trots op hem. Tijdens de begrafenis heeft hij geen traan gelaten om eer te kunnen bewijzen en alles te kunnen zeggen wat hij had voorbereid. Hij en zijn zus konden als oudste kleinkinderen een compleet beeld schetsen van opa en oma. 

Werken bij de Daklozenstichting 

Elias is vaak verhuisd en heeft in Zeeland, Utrecht en Groningen gewoond. Maar nu blijft hij in Apeldoorn wonen. Hij heeft nu eigen woonruimte en hij is bezig met een eigen huis.   

Hij werkt officieel twee dagen per week voor de Daklozenstichting maar hij is er wel de hele week. Daarnaast doet hij vrij weinig en hij vindt zijn leven nu saai en rustig in vergelijking met vroeger. Hij is vooral een opzichter, hij kent iedereen en weet de boel als het nodig is te sussen. Hij wordt gerespecteerd en stelt zichzelf niet boven anderen op.  

Hij is pas teruggevallen en kan zich daardoor goed inleven in de cliënten. Hij heeft zelf ondervonden hoe belangrijk het is om met iemand te kunnen praten. Dat iemand er echt voor je is en zonder oordeel, dat is het belangrijkste. Hij geeft graag zijn getuigenis om anderen weer tot steun te kunnen zijn. 

In het weekend gaat hij naar de kerk in Vaassen die van zijn tante is, zij is een soort tweede moeder voor hem. Hij kent veel mensen in die kerk en dat voelt als familie. Bij zijn tante leerde hij over dingen te praten en toen hij 28 was, heeft hij drie uur bij haar gehuild. Dat was het omkeerpunt. Vroeger was hij een gesloten persoon en niemand kon hem pijn doen, zo’n masker had hij opgebouwd. Nu is hij wel vrijer geworden. 

Terugkijken op het leven 

Als hij terugkijkt op zijn leven, dan begrijpt hij waarom hij bepaalde dingen heeft gedaan toen en nu. Hij geeft niemand anders de schuld van zijn leven. Hij heeft zelf gekozen voor zijn manier van leven en aanvaardt de consequenties hiervan. En de paar keer die hij in de gevangenis zat, vond hij niet erg. Het gaf hem ook een zekere rust: hij had geen stress over waar hij zou overnachten, hij hoefde niet achterom te kijken, er was geen politie die achter hem aan zat.  

Alle doelen die hij in het leven had gesteld, heeft hij behaald en zelfs meer. Het liefst zou hij nog wel zijn passie weer oppakken: koken. Die passie is ontstaan toen zijn oma zei: “Als je voor jezelf wilt zorgen moet je ook kunnen koken”. 

Levensles  

Het leven gaat niet om vallen maar om opstaan. Hoe langer je wacht met opstaan hoe moeilijker het wordt. Fouten maak je toch wel, dat is niet erg.  

Na zijn overlijden wil hij zijn nabestaanden meegeven: Wees goed voor je naasten. Als iemand in de problemen zit en je kan helpen, reik hem of haar dan een helpende hand toe. Hij wil wel graag een begrafenis waar gospelmuziek wordt gespeeld. De nabestaanden mogen beslissen wat ze verder graag willen. Het gaat erom dat de familie mooi afscheid kan nemen. 

Apeldoorn, 9 juli 2024

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *