“Fucking Hell” was het leven van Truus (1959): een erbarmelijke jeugd, nauwelijks veilige hechting en daarna een leven op straat dat alleen maar tot zelfvernietiging kon leiden.
Een Godswonder bracht haar eruit omdat Truus een verstandige, liefdevolle vrouw is met een fijn hart, van goud en zilver. In haar hoofd moge dan veel witte vlekken zijn achtergebleven als souvenir van de heroïne en andere narigheid, in haar hart zitten alleen maar parels. Een ervaringsdeskundige die dol is op rollenspel, geleerd heeft te spiegelen en die dat inzet om anderen te helpen. Met alle liefde die ze in zich heeft.
Ervaringen uit Truus’ jeugd
‘Op mijn veertiende liep ik weg van huis, op mijn twaalfde werd ik misbruikt. Ik zeg altijd: Ik ben in het huis geboren van de verloren zielen. Vader en moeder, die waren al verloren, ja, als je niet gekneed wordt. Mijn vader had de oorlog meegemaakt en geen liefde. Het was voor hem overleven. Mijn moeder kwam uit een gezin, dat waren zuipers en van die kant komt ook de incest shit. Ik werd ook misbruikt, door een bekende. Het overkomt je en ik leerde later dat die persoon die je dit heeft aangedaan, ook beschadigd is.’
‘Maar toen als veertienjarige was het drama en was ik gewoon lamgeslagen. Ik kon nergens heen of aansluiting vinden want ogenschijnlijk waren we een goed gezin. Het eten was goed, we stonden op tijd op en gingen naar school. Maar als ik bijvoorbeeld huilde om iets, zei mijn vader: ”wil je huilen? Dan laat ik je huilen,” en kreeg ik een pak slaag. Ik was een ‘klerekoter’ zei mijn vader en hij liet me regelmatig alle hoeken van de kamer zien. Er werd altijd geslagen. Hij was vuur en dan door het dolle heen.’
‘Mijn moeder was een arme ziel en was alleen maar aan het zorgen en cijferde zichzelf helemaal weg, dat heb ik ook meegekregen. Ik kon bij mijn moeder en bij niemand terecht met dat incestverhaal. Dat was mijn geheim en dat is mijn geheim gebleven totdat ik in 2018 aan mijn boek ging schrijven. Ik vermoed dat mijn moeder het wist, zij was ook misbruikt, denk ik wel. Er was allerlei incest in de familie. Ik heb later geprobeerd erover te spreken maar eigenlijk werd iedereen toen boos op mij. Zij hebben ook geen normen en waarden geleerd en zolang die cirkel niet doorbroken wordt! Tja, generatie op generatie.’
Weggelopen van huis
‘Toen ik veertien jaar was liep ik van huis weg en kwamen hasj en drank in mijn leven, en later de Chinese en Pakistaanse heroïne. Terwijl je eigenlijk thuis moet zitten, loop je als een verdwaasde ziel rond, niet wetend waarheen te gaan in mijn waas van dope. Ergens tussen mijn 14e en 15e zat ik in een bordeel in Haarlem. Ik had een klant en kreeg zo’n verschrikkelijke buikpijn, schreeuwend moest ik met de ambulance afgevoerd worden naar het ziekenhuis. Bleek ik ernstige trichomonas en eileiderontsteking te hebben. Daarvan ben ik onvruchtbaar geraakt. Ja kijk, ik heb geen kindertjes en aan de ene kant ben ik ook heel realistisch, want die waren toch bij me weggehaald en wat zou er van hen worden? Beschadigd toch?’
Scoren en scoren
‘Van mijn 14e tot mijn 36e was ik alleen maar aan het scoren en scoren. Er kwamen geen vitamines binnen, heel af en toe wat groentes. Ik ben blij dat ik er nog ben. Heroïnegebruikers voelen eigenlijk helemaal niks meer, je bent gelijk helemaal verdoofd, dat voelt in het begin fijn totdat je zo ziek wordt. En met die coke is het nog erger, dat is des duivels. Ik woog nog 45 kilo en was vermagerd. Je doet de raarste dingen. Met een broodmes in mijn mouw in een steegje een ouwe man beroven. Die drang om te scoren is gewoon too much. Bij coke zat maagzout en later ammoniak vermengd. Dat rookte ik, in een pijpje met water, en dat gaf me toch een flash, een soort van ontploffing! Op de hersenscan zie je wat de coke aangericht heeft, witte vlekken, door die flash van de basecoke. Dan denken ze dat je een TIA of beroerte hebt gehad.’
Afkicken
‘Keuze tijd in de ‘Hoge Sluis’ van de Jellinek heeft mij gered. Ik kwam daar terecht nadat ik was opgepakt en in de gevangenis had gezeten. Toen ik vrijgelaten werd, was ik van plan linea recta naar Amsterdam te gaan naar de dealer, maar mijn vader bracht me naar de ‘Hoge Sluis’. Het was een soort van commune, je kent het wel, elkaars handen vast houden en iemand kiezen van de medecliënten, een maatje als een soort broer of zus. Als er wat met je was kon je naar die broer of zus gaan. Wat ik van huis niet had meegekregen leerde ik daar.’
‘Toen ik een keer in de resocialisatieperiode tegen die Jellinek-broer gezegd had dat ik naar een bepaalde jongen ging en helemaal niet naar mijn ouders, stapte hij naar de staf, Jaaaa…, mocht Truus naar voren komen. Zeiden ze: “Ben jij helemaal besodemieterd? Je mag niet liegen!!” Toen kreeg ik Keuzetijd en mocht ik twee weken nadenken wat ik nu eigenlijk wilde. Godzijdank, anders had ik hier nu niet meer gezeten.’
‘Er was hele goede therapie, niet praten en alleen maar voelen, voelen, voelen. Dan resocialisatie waarin je meer en meer vrijer werd gelaten en daarna ging je naar een soort doorgangshuis. Daar weer wennen en slapen en als ze je eenmaal op de rails hebben dan ben je klaar. Na drie maanden had ik nog een keer een terugval in zuipen en hasj en daarna heb ik gezegd: “Ik wil jullie nooit meer zien. Ik ben van diep gekomen, ik wil mijn moeder die pijn niet meer aandoen.” Dat heeft me opgeleverd dat ik hier nog zit! Die ‘Hoge Sluis’ is er niet meer en nu krijg je hooguit een weekje detox.’
Waarschuwing voor drugs
Truus wil graag een waarschuwing doorgeven voor drugs: ‘Je kunt mensen niet tegenhouden, als ze het echt willen doen, doen ze het wel. Maar leg ze uit dat ze goed opletten, want er wordt zoveel troep door heen gedaan. Wees voorzichtig want het is zo verslavend en aan de andere kant, je kan ze niet stoppen. Laten mensen zich wel regelmatig laten testen. Maar ja, dat zeg ik nou, ikzelf liet nooit testen want dat was toen niet. Ik was alleen maar bezig met dat je dope maar goed is… Nu heb ik een ervaringsdeskundige certificaat van de MDHG (Belangenvereniging van drugsgebruikers).’
‘Vroeger gaf ik mijn leven een 5 met sommige momenten een 0. Nu ben ik heel trots en geef ik mijn leven een 10+. Ondanks alle klappen, hou ik me staande. Respect en trots heb ik niet van huis uit meegekregen maar ik ondervind en onderga het nu wel, mensen zijn blij met me als ik ergens kom. Ook al komen er nog steeds mensen op mijn weg uit die slangenscene die me willen oplichten en zo. Omdat ik lief en aardig ben, gaan ze je daarop pakken. Omdat ik niet weet wat echte liefde is! Ik ben wel eens voor 10.000 euro opgelicht.’
Liefde & Dood
‘Er zijn geen echte belangrijke mensen in mijn leven, niemand eigenlijk, want ze hebben me allemaal pijn gedaan. Ik was veertien jaar samen met een man. We hadden samen een huis, ik wilde van alles op papier zetten, hij niet. En toen we uit elkaar gingen, was er voor mij niks. Ook mijn eigen schuld hoor want ik wil er dan niet meer mee te maken hebben en dan doe ik er niks aan.’
‘Ik heb niet echt een grote liefde in mijn leven gehad, wel veertien jaar die relatie, maar wat is liefde? Ik werd overal misbruikt! Nu heb ik wel zelfliefde in me en wil ik alle liefde geven aan mensen die het gemist hebben. Want eens gaan we allemaal, we gaan allemaal dood. Daarom mag dit niet verloren gaan en wil ik dit nalaten.’
‘Ik wil herinnerd worden als Queen of the Street en dan zou ik opgezet willen worden op de Wallen. Maar ja, het wordt cremeren en daar uitstrooien… Dat is voor mij thuiskomen. Het is daar waar de mensen uit mijn leven zijn geweest. Mijn droom is een dooiekoets met zwarte paarden en dan door Amsterdam. En dan een feessie met de muziek van Aly Us: Follow me, Follow me. En daarna gaat ieder weer zijn eigen gang. En wees dan lief voor mekaar!‘
Amsterdam, 30 augustus 2024