Al gaat het slecht, tóch doorgaan. Gewoon doorgaan!

Opgetekend door: Pieter Verduin. Foto: Patrick Hudepohl.

Het levensverhaal van Rob

Een plek voor gezelligheid 

Rob en ik ontmoeten elkaar in het Aanloophuis in Alkmaar. Een gezellige plek waar je hartelijk wordt ontvangen, en waar altijd een kop koffie of thee, vaak een soepje en later op de middag een glas fris voor je klaarstaan. We kunnen rustig praten in een aparte ruimte naast het kantoor. 


Geboren in Zeeland, vaak verhuisd 

Rob werd in 1959 geboren in Wemeldinge, Zeeland. Hij vertelt: “Drie weken na mijn geboorte zijn we verhuisd naar Bergum in Friesland. Mijn vader was dominee en we gingen wonen waar hij beroepen werd. We verhuisden dus nogal eens. Hij moest wel veel werken natuurlijk, maar ik kon altijd bij hem terecht. Ik was stapelgek op hem.” 

De verhuizingen volgden elkaar op. Van Wemeldinge naar Bergum, daarna naar Zwolle, Amsterdam en Wormerveer. Aan Amsterdam en Wormerveer heeft Rob de meest levendige herinneringen uit zijn kindertijd. “In Amsterdam, tussen mijn vijfde en tiende jaar, had ik een vriendje van school. Met z’n tweeën voetbalden we veel. Gewoon op straat met een tennisbal. Tussen de bomen was het doel. Toen verhuisden we binnen Amsterdam naar een ander mooi huis met een tuin. Daar had ik weer nieuwe vrienden uit de buurt en van school. Ook daar konden we weer lekker veel voetballen. Nu met een grote bal, ha!” 

Rob kampte in zijn puberteit met straatvrees. “Vader had altijd aandacht voor me. Als ik het moeilijk had hielp hij me altijd uit de put.” Maar hij kon naar Robs smaak ook wel eens een beetje te veel voorschrijven hoe het moest. “Hij zei dan aan tafel bijvoorbeeld: ‘Rob doe je servet eens voor,’ en dat soort dingen. Daar kwam ik wel tegen in opstand…” 

“Moeder was een lieve vrouw,” vertelt Rob. “Ze had voor alle kinderen evenveel liefde” In het gezin waren vier kinderen. Twee jongens en twee meisjes. Moeder was een sterke persoonlijkheid maar soms ook heel stevig in de opvoeding. Lachend denkt Rob terug aan een paar forse opvoedingsacties van zijn moeder. “Moeder voedde op en vader was aan het werk. Zo was het… Hoewel ze door haar hartgebrek lichamelijk niet sterk was is ze wel hoogbejaard geworden.” 

Hobby’s 

Van zijn twaalfde tot zijn achttiende voetbalde Rob met veel plezier bij Blauw-Wit in Westknollendam. Uiteindelijk zelfs in de selectie. Daarna is Rob jeugdleider geweest van de jeugdteams van Blauw-Wit. Een heerlijke tijd. Hij ging er helemaal in op. Het gebeurde wel eens dat hij ’s zondags in de kerk zo aan de wedstrijd van zaterdag zat te denken dat hij niet hoorde wat zijn vader, de dominee, zei. 

Opleiding en werk 

Dat neemt niet weg dat Rob trots was op zijn vader. Hij droomde ervan om hem op te volgen. Maar op school ging het niet helemaal lekker. Na de lagere school ging Rob naar de mavo en volgde daarna een opleiding aan de lagere detailhandelsschool. Toen hij deze opleidingen had afgerond werd hij administratief commercieel medewerker bij een voedingsbedrijf en vervolgens verkoper in een zaak voor woninginrichting. De leukste baan die hij heeft gehad was als bijrijder. Samen met een servicemonteur voor meubels reden ze het hele land door. Ze maakten soms wel dagen van vier uur ’s ochtends tot middernacht. Al die uren maakte dat hij goed verdiende en er was geen druk tijdens dat werk. Daarna volgden banen als telefonist bij een ziekenhuis, magazijnwerk, portier bij een groot bedrijf en verkoper in een sportzaak.  

Tijdens een Youth for Christ-avond ontmoette Rob zijn toekomstige vrouw W. Ze hadden drie jaar verkering en waren een jaar verloofd. Toen Rob 25 was trouwden ze. In een volle kerk werd het huwelijk ingezegend. Daarna volgde een mooi feest. In die tijd gingen ze er graag met de auto op uit en genoten ze van hun gezamenlijke vakanties. 

Moeilijke momenten 

Het huwelijk van Rob en W. heeft helaas maar drie jaar standgehouden. Rob vertelt: ”W. ging weg en toen drong het tot me door dat alles kapot was. We zaten financieel aan de grond. De relatie was opgehouden. Een echtscheiding volgde. Verschrikkelijk…”   

In die tijd zal Robs motto haar kracht hebben bewezen: ‘Al gaat het slecht, tóch doorgaan. Gewoon doorgaan!’ Rob ís doorgegaan en heeft na die moeilijke periode nieuwe, goede ervaringen opgedaan in zijn leven. 

En er kwam weer een heel moeilijk moment. Dat was toen Robs vader op 72-jarige leeftijd overleed. Voor Rob was dat een grote schok. Vader was zó’n belangrijke en centrale figuur geweest in zijn leven. Hij was zó op zijn vader gesteld… Het zorgde voor een crisis waar hij moeilijk overheen kon komen. Met goede hulp en steun van zijn geloof is dat toch gelukt en kon hij verder. 

Mooie momenten 

Rob houdt van reizen en heeft dat in zijn leven ook veel gedaan. Vooral Brazilië is hem bijgebleven. “Ik denk graag terug aan het mooie weer, de natuur in het binnenland, de rust…” 

Toen Rob een jaar of veertig was heeft hij gedurende vier jaar bijbelschool gevolgd. Als hij daarover vertelt hoor je dat dáár zijn hart ligt. Hij leest graag over de genezingen door Jezus, zoals die in de evangeliën beschreven staan. En in het boek Openbaringen wordt verteld over het duizendjarig vrederijk dat komen zal. “Dat geeft hoop. Daar vertrouw ik op. Dat maakt mij blij…” 

In zijn volwassen leven heeft Rob vaak last van tamelijk heftige, onrustige periodes, waar hijzelf en zijn omgeving weinig van begrijpen. Hij is heel blij dat zijn huisarts op een zeker moment goed naar hem heeft geluisterd. Onderzoek door medisch specialisten leidde tot passende medicatie. “Dat helpt mij goed en geeft mij een rustig gevoel.” 

Tot slot vertelt Rob: “Het gaat goed met mij. Ik ben nu 67 jaar en woon op mezelf in een prettig appartement. Ik voel me rustig. Ik heb veel steun aan mijn christelijk geloof. Vooral aan wat er in de Bijbel over de toekomst wordt gezegd. Dat is heel belangrijk voor mij.” 

Alkmaar, mei 2025 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *